39. Ga er maar aan staan!

Ga er maar aan staan!

Er zijn boeken, vol met leuke situaties. Mappen met tientallen studies op leuke plekken. Naar hartenlust overhouden en verder bouwen aan series. Toch liggen deze getekende biljartballen binnen de banden en randen van het biljart. Je kunt de tanden er op stuk bijten. Technische oefenstof, om alleen maar de carambole te leren maken. Verschuiven en opnieuw aan de slag. Een kwelling voor de serieliefhebbers. Maken is het eerste en enige devies in deze situatie. Zonder het maken van de carambole mag je de stoel opzoeken. Er rest slechts de opdracht, om dicht bij de derde bal te eindigen. Dan kun je wat gunstiger verder pionieren, om de positie te verkleinen. Keer op keer herhalen om te ervaren wat je met de stootbal kunt doen. Keer op keer ervaren wat de meest bruikbare aanspeeldikte is op de tweede bal.

Ik ben begonnen met drievierde vol aan te spelen op de aanspeelbal. De derde bal is bewust wat ruimer van band gelegd, om je te dwingen nauwkeurig en constant te werk te gaan. Je hebt ook te maken met een duidelijk aanwezig klotsrisico. Zacht naar drie en twee op tempo zetten, kan een enigszins verzamelde situatie opleveren. Naarmate de derde bal verder weg ligt, kun je een klein beetje dunner op de tweede bal aanspelen. Dat neemt een beetje het klotsrisico weg. Onthoud je stootplan en pas het aan voor de volgende positie.

Het scherpt je concentratie, verdiept je inzicht in het rolgedrag van de biljartballen en verrijkt je technische biljartkennis. Dun aanspelen en via de verre lange band uitdraaien is niet de bedoeling. Elke positie op de zelfde manier benaderen, om kleine veranderingen in het stootbeeld te kunnen aanpassen en bewust uitvoeren. Dan pas leer je een positie lezen en met vertrouwen te benaderen. Een goed gevoel in je spel is prima, als het loopt en onder controle blijft. Soms moet je uit de flow stappen en systematisch nadenken over een goede oplossing voor een slechte positie. Ga problemen niet uit de weg. Zoek naar een verantwoorde benadering en een goed bespeelbare oplossing. Heb je er vertrouwen in, herhaal dan de uitvoering, tot de positie voor jou geen extra spanning meer veroorzaakt, als ze je dit voor de neus leggen. Maak er het beste van.

Een training met een biljartvriend kun je gebruiken om elkaar rotballen voor te leggen. Met een biljartvriend moet dat kunnen. Van een neutrale aanwezige biljarter zul je zo iets na een paar situaties niet meer willen accepteren. Een kwartier is lang genoeg, om nog net iets van je goede humeur over te houden. Je went er aan en laat je dan niet opfokken door een bewuste carotte-speler. Zoek naar vernieuwing en verdieping van je inzichten. De training op routine van veel overbekende controlesituaties zijn leuk om te doen als je aan het freewheelen bent, in de eindfase van je training.

Met groeten, Cas Juffermans.

Cas-39